Dat is de centrale vraag die Thuiswinkel.org probeert te beantwoorden in het Shopping2020 project. Samen met 14 andere brancheverenigingen (oa. ANVR, BOVAG, InRetail, Nederlanse Raad voor Winkelcentra) hebben ze het Shopping2020 project opgezet. Binnen dat project zijn op dit moment 19 groepen van experts uit allerlei vakgebieden verschillende trends aan het identificeren en onderbouwen. Elke groep heeft een bepaald thema waar de deelnemende mensen min of meer ‘expert’ in zijn. Ik mag een van deze zogenaamde experts zijn.
Al in januari van dit jaar werd besloten om dit project op te zetten. Nadat door de organisatie de verschillende expert groepen geformuleerd waren, vond op 13 juni de eerste bijeenkomst plaats van alle experts, bij Nyenrode. Onder de naam Shopping Tomorrow maakten de experts kennis met elkaar en werden er presentaties gegeven door oa. Nick Jue (directievoorzitter ING) en Pim van der Feltz (Director Google Benelux).
Ook presenteerden alle expert groepen zich naar alle experts en deelnemers. Thema’s van de expert groepen zijn oa. De Nieuwe Winkelstraat, Future Touchpoints, Shopper Behaviour, Technologisch en vele anderen. Zie ze allemaal in dit plaatje:
Zelf ben ik ingedeeld in de groep met als thema “Online Ondernemen”. Als vreemde eend in de bijt zullen wij ons als enige niet op de komende zeven jaar gaan richten, maar juist meer op het hier en nu. Wij zullen proberen om de succes- en faalfactoren van webwinkels in kaart te brengen. Daarvoor krijgen we hulp van onder andere Thuiswinkel.org, PostNL en de KVK, waarvan er van elk van deze instanties er ook een ‘expert’ in onze groep zit.
Op Shopping Today presenteerden we onze eerste, tussentijdse uitkomsten. Het blijkt dat ondanks, of juist dankzij, de crisis, er steeds meer webwinkels starten. Echter stoppen er verhoudingsgewijs ook steeds meer van die webwinkels. 59 procent van de webwinkels overleeft de eerste vier jaar niet. Al onze tussenresultaten zijn ook te lezen op de site van Shoppin2020.
Nu zijn we bezig met een kwalitatief onderzoek en een kwantitatief onderzoek. Het kwalitatieve onderzoek bestaat uit het interviewen van ondernemers die een webwinkel gestart zijn en die daar wel of juist niet succes mee behaald hebben. Het kwantitatieve onderzoek bestaat uit een uitgebreide enquête onder webwinkel eigenaren.
Tijdens Shopping Together, op 22 en 23 januari tijdens de Webwinkel Vakdagen, zullen alle expertgroepen hun resultaten tonen in een gezamenlijk rapport. Het rapport moet dan een goede toekomstvisie bieden voor elk bedrijf dat B2C verkoopt, met adviezen en handvatten om elk retail bedrijf klaar te stomen voor de toekomst.
Hmm, ik begrijp dat men zich zorgen maakt over de toekomst en dat men graag goed beslagen ten ijs wil komen. Maar ik denk dat het allemaal zeer nutteloos is om dit soort dingen te organiseren. De smartglasses/watches komen eraan en de impact..daar kan niemand nog rekening mee houden. Mensen blijven shoppen en thuisblijvend publiek kun je gewoon niet in een winkel krijgen. Die gaan naar bijvoorbeeld Wouter’s Wonderbaarlijke Webshop of hebben een FlexKom-licentie waardoor ze schatrijk zijn 😉
Het leidt nergens toe, maar wel leuk natuurlijk om eens te kunnen kijken in de keuken van een concullega.
Ik ben niet pessimistisch, ik heb gewoon een hekel aan dit soort dingen. Over een paar jaar roepen ze dan weer dat ze er naast zaten en dan komt er weer een meeting. Of er komt een medium bij dat ze niet zagen aankomen…catch my drift?
Ik snap wat je bedoelt en ik deel je mening voor het grootste deel. Wat moet je met weer een adviesrapport over hoe het zou moeten en over hoe de toekomst er uit zal gaan zien? Het rapport zal inderdaad voor het grootste gedeelte open deuren intrappen; Er zal meer met de mobiel gedaan worden, grote webwinkels worden steeds groter, kleine webwinkels worden steeds kleiner, de gewone winkel in de winkelstraat krijgt het erg moeilijk en de middelgrote winkelketens gaan allemaal op de fles.
Toch vind ik niet dat we daarom maar niets moeten doen en maar stil moeten blijven zitten. In het Shopping2020 project zijn zo’n beetje alle grote, bekende brancheorganisaties betrokken. De bedrijven en ondernemers die mee doen die hebben hun strepen verdient. Ook veel universiteiten en hogescholen doen mee. Alle slimme koppen zitten dus bij elkaar. Dat kan een heel vruchtbaar geheel worden.